26.2 Decentraal georganiseerd overleg (DGO)

Deelnemers aan het decentraal georganiseerd overleg (DGO)

  • Het decentraal georganiseerd overleg (DGO) wordt gevoerd door de werkgever en de vakbonden.
  • Het overleg wordt voorgezeten door de hoogste ambtelijk leidinggevende van de organisatie of het organisatieonderdeel van de werkgever.
  • De voorzitter nodigt voor het overleg in het DGO de vakbonden FNV, CMHF, CNV Connectief en Ambtenarencentrum uit. Ook kunnen andere representatieve vakbonden worden toegelaten.
  • Wanneer een vakbond deelneemt aan de onderhandelingen over de CAO Rijk kan deze vakbond deelnemen aan het DGO.
  • Elke deelnemende vakbond wijst vertegenwoordigers aan die deelnemen aan het overleg.
  • De voorzitter kan een vertegenwoordiger van de vakbond die tevens als werknemer werkzaam is bij de organisatie van de werkgever, uitsluiten van het DGO als de specifieke werkzaamheden van deze werknemer daartoe aanleiding geven. Het bestuur van de vakbond wordt vooraf in de gelegenheid gesteld om op het voornemen tot uitsluiten te reageren.

Onderwerpen van overleg

  • Het overleg kan gaan over wensen tot invoering van een nieuwe collectieve afspraak, een wijziging van een bestaande collectieve afspraak of afschaffing van een collectieve afspraak in het personeelsreglement van de organisatie.
  • De groepsgewijze inzet van uitzendkrachten in geval van piekbelasting, tenzij daarover wordt overlegd met de ondernemingsraad.
  • Of er, in aanvulling op en als onderdeel van het integrale integriteitsbeleid, functies worden aangewezen waarvoor gaat gelden dat daar regelmatig een nieuwe verklaring omtrent het gedrag (periodieke VOG) verplicht is. De functies worden in het personeelsreglement van de organisatie vastgelegd.
  • Afspraken over een externe onafhankelijke integriteitscommissie, die uiterlijk 1 juli 2023 toegankelijk moet zijn.
  • Experimenten/pilots voor een onafhankelijke voorziening in de integriteitsstructuur met doorzettingskracht (zoals een ombudsfunctionaris, raadspersoon, personeelsraadgever) en de evaluatie daarvan in het eerste kwartaal van 2024.
  • Daarnaast overlegt de voorzitter in het DGO met de vakbonden over belangrijke reorganisaties binnen de organisatie. Het overleg concentreert zich daarbij op de rechtspositionele en sociale gevolgen van de reorganisatie voor de werknemers. De voorzitter informeert de vakbonden daartoe over een voornemen tot een belangrijke wijziging in de organisatie.
  • Het overleg heeft geen betrekking op de onderwerpen die voorbehouden zijn aan het overleg in het SOR. Een specifieke decentrale situatie kan wel aanleiding zijn tot overleg en een aanvullende collectieve afspraak als deze cao daar de ruimte voor geeft.
  • Soms kan geheimhouding van hetgeen in het DGO wordt besproken nodig zijn. Als dat zo is zal de voorzitter dit overleggen met de vakbonden.

Aanvullende of afwijkende collectieve afspraken van de cao

  • In deze cao is in een aantal artikelen de mogelijkheid gegeven dat de werkgever daarover met vakbonden in het DGO aanvullende of afwijkende afspraken kan maken.
  • Voor onderwerpen waarover in deze cao geen arbeidsvoorwaarden zijn afgesproken kunnen op decentraal niveau ook afspraken worden gemaakt. Dit betreft in ieder geval:
    • het verstrekken van een toelage of eenmalige uitkering en
    • het verstrekken van een schadeloosstelling, kostenvergoeding of een andere financiële tegemoetkoming
  • aan een groep van werknemers.
  • Voorwaarden daarbij zijn dat de afspraken:
  • met vakbonden gemaakt worden en
  • worden opgenomen in het personeelsreglement van de organisatie.
  • Deze afspraken met de vakbonden in het personeelsreglement vormen voor de werknemers van de betreffende organisatie één geheel met deze cao.
  • Collectieve afspraken met ondernemingsraden zullen ook worden opgenomen in het personeelsreglement voor zover het onderwerpen betreft waarvoor wettelijke bepalingen en deze cao daarvoor de mogelijkheid laten.
  • Over nieuwe onderwerpen die niet in deze cao zijn geregeld en
    • waarvan deze paragraaf niet regelt dat daarover met vakbonden afspraken gemaakt moeten worden en
    • die niet arbeidsvoorwaardelijk van aard zijn
      overleggen werkgever, vakbonden in het DGO en de ondernemingsraad gezamenlijk waar collectieve afspraken over dat onderwerp gemaakt zullen worden. Een eventueel geschil daarover wordt voorgelegd aan de Advies- en Arbitragecommissie

Besluitvorming in het overleg

  • Voor invoering, wijziging of afschaffing van een collectieve afspraak, is overeenstemming nodig tussen partijen in het DGO. Alleen collectieve afspraken, waarover met de vakbonden in het DGO overeenstemming is bereikt, kunnen worden uitgevoerd. Dit geldt niet voor collectieve afspraken tussen de werkgever en de ondernemingsraad conform de Wet op de ondernemingsraden.
  • Het standpunt van en de overeenstemming met de vakbonden in het DGO wordt bepaald bij meerderheid van stemmen van de vakbonden. Iedere vakbond heeft één stem. Als de stemmen van de vakbonden staken beslist de voorzitter.
  • Bij een geschil tussen de partijen in het DGO gelden de cao-bepalingen over omgang met collectieve geschillen.